Betere zuivering rioolwater kan antidepressiva in water terugdringen

Meer dan een miljoen Nederlanders gebruikt medicijnen tegen geestesziekten zoals depressies en psychoses. Steeds duidelijker wordt dat resten van die middelen via het rioolwater in de natuur terechtkomen en daar schade toebrengen. In augustus publiceerden onderzoekers van Nederlandse instituten in het wetenschappelijke tijdschrift Water Research een overzicht van wat bekend is over de milieurisico’s van 700 psychofarmaceutische middelen.

Foto: Shutterstock

Projectnaam

Psychopharmaceutical Prevention & Pilots to Reduce Effects in the water cycle (PsychoPharmac’eau)

Looptijd

1 juni 2020
tot 31 december 2024

Partners

  • Instituut voor Biodiversiteit en Ecosysteem Dynamica (IBED, Universiteit van Amsterdam)
  • Nederlands Instituut voor Ecologisch Onderzoek (NIOO-KNAW)
  • Wageningen University & Research

Links

Meer dan een miljoen Nederlanders gebruikt medicijnen tegen geestesziekten zoals depressies en psychoses. Steeds duidelijker wordt dat resten van die middelen via het rioolwater in de natuur terechtkomen en daar schade toebrengen. In augustus publiceerden onderzoekers van Nederlandse instituten in het wetenschappelijke tijdschrift Water Research een overzicht van wat bekend is over de milieurisico’s van 700 psychofarmaceutische middelen.

Invloed op gedrag van dieren

In het vierjarige gezamenlijke project Psychopharmac’eau onderzoeken de Universiteit van Amsterdam (UvA), het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW) en Wageningen University & Research (WUR) de hoeveelheid psychofarmaceutica in Nederlandse wateren en hun impact op de natuur. Zulke stoffen zouden mogelijk de communicatie tussen organismen verstoren.

Overkoepelend projectleider is Annemarie van Wezel, hoogleraar Environmental Ecology aan het Instituut voor Biodiversiteit en Ecosysteem Dynamica (IBED) van de UvA. De onderzoekers van het IBED stelden via hun deelproject een lijst samen van ruim 500 stoffen in de zogeheten ATCN-klasse, gerelateerd aan ziektes aan het zenuwstelsel, aangevuld met stoffen van de opiumlijst.

Van Wezel: “Van de helft van deze 702 stoffen is niet bekend of en in welke concentraties ze in het milieu voorkomen. Bovendien hebben we maar van 15% van de stoffen gegevens over hun risico’s, waarbij de gevoelige gedragseffecten vaak niet bestudeerd zijn. Al met al kunnen we van het grootste deel, 64%, van deze middelen die in Nederland worden voorgeschreven, niets zeggen over de milieurisico’s. Van de stoffen waarvan we de risico’s wel kunnen beoordelen leidt een aanzienlijk deel inderdaad tot milieurisico’s.”

Grote meetcampagne in zes steden

Om de komende tijd gegevens te verzamelen over de hoeveelheid antidepressiva en antipsychotica in het milieu, hebben de wetenschappers toegang tot een grote meetcampagne in rioolwaterzuiveringsinstallaties in zes verschillende steden. “We vergelijken het inkomende rioolwater met behandeld rioolwater”, vertelt Van Wezel. “Zo kunnen we niet alleen achterhalen hoeveel psychofarmaceutica via behandeld rioolwater geloosd worden in het oppervlaktewater, maar ook hoe goed de behandelmethodes eigenlijk in staat zijn om het water van deze stoffen te zuiveren voordat dat het milieu ingaat.”

Proefopstelling voor waterzuivering: mosselen consumeren algen uit het water nadat de algen psychofarmaceutica in hun cellen hebben opgenomen.
Proefopstelling voor waterzuivering: mosselen consumeren algen uit het water nadat de algen psychofarmaceutica in hun cellen hebben opgenomen.

Filterende mosselen

Parallel aan het onderzoek bij het IBED zijn wetenschappers van NIOO-KNAW intussen aan het kijken naar de subtiele effecten van de aanwezige stoffen. In limnotrons, grote tonnen met daarin enkele honderden liters water uit een zoetwater-ecosysteem, simuleren de ecologen van NIOO-KNAW de gevolgen van verschillende hoeveelheden psychofarmaceutica voor zo’n systeem. Bij de WUR loopt tegelijkertijd een studie waarbij de impact van de stoffen op de natuur wordt onderzocht via proefslootjes en proefvijvers.

De onderzoekers van de drie instituten proberen de waterzuivering te verbeteren door nieuwe zuiveringstechnologieën in te zetten. Dat kan misschien zelfs wel door natuurlijke ‘middelen’ in te zetten. Van Wezel: “We kijken bijvoorbeeld naar de mogelijkheid die algen en mosselen bieden.”

Samenwerken met psychiaters en beleidsmakers

Een belangrijk onderdeel van het project is daarnaast samenwerking met artsen en beleidsmakers. Van Wezel: “Het ene middel is meer belastend voor het milieu dan het andere. We hopen psychiaters ertoe te kunnen bewegen om middelen voor te gaan schrijven die minder milieubelastend zijn. Of de middelen zo mogelijk voor kortere tijd voor te schrijven in plaats van gedurende een langere periode. Er is een richtlijn voor het toelaten van geneesmiddelen tot de markt. Momenteel is het niet een criterium om een minder milieubelastend middel voor te schrijven of zelfs toe te laten als dat even goed is voor de behandeling. Uiteindelijk willen we een gezamenlijk position paper schrijven waarin we onze aanbevelingen doen aan de overheid.”